Universiteitsbibliotheek |
Gelukkig ben ik samen met een vriendin die overal bordjes met ‘Tandlæge’ ziet en die bij de oude skeletten in het Nationaal Museum vooral geïnteresseerd is in hun gebit. Vriendin studeert tandheelkunde. Samen lachen we wat af om onze beroepsdeformatie. Ik lees Vriendin voor het slapengaan voor uit Spreuken 31 “Loflied op de sterke vrouw”, en zij wijst me erop dat die schattige conducteur in de trein zijn melkhoektanden nog heeft. En behalve stof tot lachen levert het ook stof tot nadenken op.
Want waarom zien wij nou een stad vol tanden en kerken? Misschien is het – om nog maar even op weer een heel ander vakgebied over te gaan – net als met vogels kijken. Naarmate je meer over vogels weet, bijvoorbeeld hoe bepaalde soorten leven, waar ze voorkomen, en wat hun kenmerken zijn, ga je vanzelf ook meer vogels zien. Kijken moet je leren.
Het zou nooit in mij opkomen om te letten op het gebit van mensen die ik ontmoet, zoals Vriendin bijna automatisch doet. Maar zelfs al zou ik het willen, dan zou ik er waarschijnlijk niets bijzonders aan zien. Het is dus niet alleen een kwestie van langdurig je aandacht ergens op richten, zoals iemand met een vurige kinderwens ineens overal op straat zwangere vrouwen gaat zien. Het is ook een kwestie van kennis.
Wist ik niets van theologie, dan had ik niet gezien dat in de tweedehands boekwinkel de Lutherse ‘Kirkebøger’ en Rooms-Katholieke missaaltjes gebroederlijk naast elkaar stonden. En in de Russisch-Orthodoxe kerk had ik ook de verschillen tussen twee kenmerkende schilderstijlen gemist – de wandschilderingen realistisch, de iconen middeleeuws, maar in dezelfde tijd gemaakt – juist omdat ik niet wist dat dit komt door de strakke regels die van oudsher gelden bij het schilderen van iconen.
In Kopenhagen merkten Vriendin en ik beiden dat we weliswaar beroepsidioten aan het worden zijn, maar dat we dankzij onze studie vooral veel meer zien en ook aan elkaar kunnen laten zien. Theologie heeft mij deze twee jaar vooral geholpen met het creëren van een kader, zodat ik dingen die ik tegenkom beter in hun context kan plaatsen. Een bril dragen is dus misschien nog niet zo verkeerd als je een stad gaat bekijken.
– En het volgende moment is zo’n kader weer onhandig en heb je een vriendin nodig om in de Russisch-Orthodoxe kerk de enige juiste vraag te stellen “Maar hoe kan het dat zij zichzelf geen beeldenvereerders vinden en toch hun iconen kussen?”, waar je dan geen antwoord op hebt.
In Kopenhagen merkten Vriendin en ik beiden dat we weliswaar beroepsidioten aan het worden zijn, maar dat we dankzij onze studie vooral veel meer zien en ook aan elkaar kunnen laten zien. Theologie heeft mij deze twee jaar vooral geholpen met het creëren van een kader, zodat ik dingen die ik tegenkom beter in hun context kan plaatsen. Een bril dragen is dus misschien nog niet zo verkeerd als je een stad gaat bekijken.
– En het volgende moment is zo’n kader weer onhandig en heb je een vriendin nodig om in de Russisch-Orthodoxe kerk de enige juiste vraag te stellen “Maar hoe kan het dat zij zichzelf geen beeldenvereerders vinden en toch hun iconen kussen?”, waar je dan geen antwoord op hebt.
Erg mooi blog !
BeantwoordenVerwijderenKoos van Zomeren schreef eens: "Je ziet niet alleen wat je ziet, je ziet ook wat je weet". Jij maakt het nog wat breder; "Je ziet ook omdát je weet".
Met een groet,
Sjerp
Dankjewel!
VerwijderenKoos van Zomeren blijft een groot filosoof...
Leuke reactie via de mail:
BeantwoordenVerwijderen"Wat leuk zoals je beschrijft dat je zelfs in je vakantie tegen de dingen aankijkt die je tegenkomt! Fijn dat je met je vriendin de humor inziet van jullie beroepsdeformatie (zo erg is het toch niet?). Het lijkt me heel leuk om zo samen tot allerlei verrassende ontdekkingen komen en veel kunnen zien.
Nog een prettige tijd verder, hartelijke groet van Willeke"
Bedankt Willeke!